We zijn zonder ons daarvan altijd direct bewust te zijn zoekende mensen.
Als je het breedbeeld venster aanzet dan lijkt heel Nederland het te vinden in spelletjes, reizen koken en verbouwen. Ook in klagen denken we het gevonden te hebben en we hangen aan de beelden van de schanddaden die van over de hele wereld ons netvlies verscheuren.
Het maakt allemaal niet uit. Een ding is duidelijk: het kost zowel geld als dat het geld oplevert. Het is, zo moeten we aannemen, goed voor de economie en als het goed is voor de economie dan moet je niet zeuren. Het is waar: er kan veel verdiend worden aan zowel het klagen als het lachen. Maar wat heeft dat met economie maken?
De beschikking hebben over grondstoffen, over mensen die deze grondstoffen weten te delven en te verwerken, over de boeren die het land weten te bewerken, over mensen die slimme uitvindingen doen, dat zorgt voor de feitelijke welvaart. De gezondheidszorg, het onderhoud aan de infrastructuur en het zorgdragen voor een goede huisvesting, dragen bij aan het algemene welzijn, wat weer van invloed kan zijn op de productiviteit.
De regering dient economisch te regeren. Met andere woorden: efficiënt, consistent en evenwichtig. Maar op de wagen van de politiek wordt met een stijgend aantal partijen aan allerlei stuurwielen gedraaid. De wielen sporen niet meer en wijzen alle richtingen op. De motor raast met de handrem aangetrokken. Dat is allemaal goed voor het verplaatsen van geld, maar het is niet economisch. Het is een verkwisting van grondstoffen.
De samenleving is als het kaarsvet met een overheid als lont. De overheid lijkt echter niet van plan om te buigen, zoals een goede kaarslont dat doet. Ze maakt zich zelfs langer en dikker in de veronderstelling dat pas dan de problemen kunnen worden opgelost.
Zo’n kaars fikt dan juist als een fakkel. Goed voor de ‘global warming”, zullen we maar zeggen. Het is een lastig te verteren waarheid, want iedereen moet meedoen.
Heremetijd
Geef een reactie